Toepassing en functie

Schlüter-DILEX-BT is een onderhoudsvrij bouwscheidingsvoegprofiel van aluminium. Het is zó uitgevoerd dat de zijdelingse bevestigingsvlakken van het profiel kunnen worden verankerd in de lijmlaag onder tegel- of natuursteenbekledingen, of ingewerkt in de cementdekvloerlaag bij andere bekledingsmaterialen, zoals kamerbreed tapijt of kunststof vloerbedekkingen. Op die manier kan het profiel de bewegingen van de diverse bekledingsconstructies volgen. Door middel van het in elkaar ver- schuifbare middendeel is het in staat bewegingen tot ± 5 mm op te vangen. De zijdelingse scharnierconstructies maken een driedimensionale bewegingsopname mogelijk.

Schlüter-DILEX-BT garandeert een functionele randbescherming van het bekledingsmateriaal, ook in bekledingen die zijn blootgesteld aan intensief voetgangersverkeer of lichte transportmiddelen, zoals in magazijnen, productiehallen, grootwarenhuizen, luchthavens, spoorwegstations, parkeergarages of voor bekledingen die machinaal worden gereinigd. Met de profielvariant Schlüter-DILEX-BTO kunnen de bouwscheidingsvoegen aan wanden worden hersteld en met het profiel Schlüter- DILEX-BTS is de inbouw in afgewerkte bekledingsvlakken achteraf nog mogelijk. De profielen laten zich ook in wanden en plafonds van gipskartonplaten, of rechtstreeks in de bepleistering of de tegelvlakken integreren.

Verwerking

1. Kies een Schlüter-DILEX-BT dat is afgestemd op de dikte van de tegels.
2. Beng op de plaats waar de tegelbekleding moet worden begrensd tegellijm aan met een lijmkam.
3. Druk Schlüter-DILEX-BT met het geperforeerde bevestigingsvlak in het lijm- bed en lijn het uit.
4. Strijk het geperforeerde bevestigingsvlak volledig in met tegellijm.
5. Lijn de aangrenzende tegels zó uit dat de bovenste rand van het profiel gelijk valt met de tegels (het profiel mag niet boven het tegelvlak uitsteken, beter is tot 1 mm eronder). De tegels moeten ter hoogte van het profiel vol in de tegellijm worden gelegd.
6. De tegels worden tegen de zijdelingse voegrib gelegd, zodat een regelmatige voeg van 1,5 mm ontstaat.
7. Vul de voeg tussen de tegels en het profiel volledig op met voegmortel en verwijder meteen daarna de beschermfolie.
8. Wanneer Schlüter-DILEX-BT in de cementdekvloerlaag wordt ingewerkt, moeten eerst aan weerszijden van de scheidingsvoeg op de aangewezen hoogte afgestreken delen mortel worden aangebracht, die door een isolatiestrip dienen gescheiden te worden.
   8a. Op de mortelstroken wordt een contactlaag van hydraulisch bindende tegellijm of vloeibaar cement aangebracht.
   8b. Leg Schlüter-DILEX-BT op de contactlaag, lijn het uit en klop het in de contactlaag.
   8c. Werk de cementdekvloerlaag aan en rij ze zó af dat de bovenzijde van het bekledingsmateriaal gelijk valt met de bovenste rand van het profiel. De profielhoogte moet zó worden gekozen dat het bevestigingsvlak wordt bedekt door een ongeveer 15 mm dikke cementdekvloerlaag.
9. Ga op identieke wijze tewerk om Schlüter-DILEX-BT in de wand of in het plafond in te werken.
10. Schlüter-DILEX-BTS wordt achteraf in de bouwscheidingsvoeg ingebouwd. Die laatste moet ten minste 44 mm breed en 10 mm diep zijn. De zijdelingse bevestigingsvlakken worden ofwel met een geschikte lijm (bv. epoxyhars) vol op het bestaande bekledingsvlak gekleefd, ofwel met schroeven aan de bekleding bevestigd.
    Afhankelijk van de bevestiging of verankering is Schlüter-DILEX-BTS enkel beperkt, mechanisch belastbaar. Bij vloertransportmiddelen is een gelijkliggende inbouw aanbevolen.

Materiaal

Het profiel is in de volgende materiaaluitvoeringen leverbaar:

• A = Aluminium
• AE = Alu. bruut mat geanodiseerd

Materiaaleigenschappen en toepassingsgebieden:
De toepasbaarheid van het voorziene profieltype moet in specifieke gevallen worden getoetst aan de te verwachten chemische, mechanische of andere belastingen.

De geschiktheid van Schlüter-DILEX-ABT om bij bepaalde chemische belastingen te worden toegepast, moet voor elk specifiek geval worden geëvalueerd. Aluminium is gevoelig voor alkalische invloeden.

Cementhoudende materialen hebben bij contact met vocht een alkalische uitwerking en kunnen naargelang de concentratie en de inwerkingsduur tot corrosie leiden (vorming van aluminiumhydroxide). Daarom dienen de mortel en/of het voegmateriaal op zicht- bare oppervlakken onmiddellijk te worden verwijderd. Het profiel moet vol in de con- tactlaag van het tegelvlak worden ingebed.

Schlüter-DILEX-AEBT bestaat uit geanodiseerd aluminium en is veredeld met een anodisatielaag die bij normaal gebruik geen optische veranderingen ondergaat. Het zichtbare oppervlak moet worden beschermd tegen schurende en krassende invloeden. Omdat ze het oppervlak kunnen aantasten, moeten gemorste tegellijm, mortel en voegmateriaal meteen worden weggenomen. Voor het overige geldt dezelfde beschrijving als bij aluminium.

Opmerking

Schlüter-DILEX-BT vergt geen speciale reiniging en/of onderhoud. De oxidatielaag op het aluminium kan met behulp van in de handel verkrijgbare polijstmiddelen worden verwijderd, maar komt daarna wel terug. Beschadigingen aan de anodisatielaag kunnen worden hersteld door ze te overlakken.

Producten

• Schlüter®-DILEX-BT
• Schlüter®-DILEX-BTO
• Schlüter®-DILEX-BTS