Ondergronden voor Schlüter®-DITRA-HEAT
De ondergronden waarop DITRA-HEAT moet worden geplaatst, moeten worden gecontroleerd op effenheid, stabiliteit, zuiverheid en compatibiliteit.
Bestanddelen van het oppervlak die de goede hechting verhinderen, moeten worden verwijderd. Het uitvlakken van oneffenheden en het uitvoeren van nivelleringsof hellingslagen moeten gebeuren voor het aanbrengen van de DITRA-HEAT.
Om een effectieve verwarming van de vloer te garanderen, is de inbouw van thermische isolatie nodig, in het bijzonder bij plaatsing op de vloer boven onverwarmde ruimtes. Voor een sneller opwarmingsgedrag op onverwarmde dekvloerconstructies adviseren wij het gebruik van DITRA-HEAT-DUO voor een thermische barrière of Schlüter-KERDI-BOARD als isolatielaag (zie productdatablad 12.1).
Beton is onderhevig aan langdurige vormveranderingen door krimp. Bij beton en voorgespannen beton kunnen bovendien spanningen optreden ten gevolge van doorbuiging.
Door het gebruik van DITRA-HEAT worden de optredende spanningen tussen beton en tegelbekleding opgevangen, zodat de tegels direct kunnen worden geplaatst zodra het beton voldoende stabiel is.
Alvorens de tegels kunnen worden gelegd, dienen cementdekvloeren volgens de voorschriften ten minste 28 dagen oud te zijn en moet het restvochtgehalte kleiner dan 2 CM-% zijn. Met name zwevende en verwarmde dekvloeren kunnen ten gevolge van belastingen en temperatuurveranderingen ook achteraf nog vervormen of barsten. Bij het gebruik van DITRA-HEAT kunnen de tegels op verse cementdekvloer worden geplaatst zodra deze begaanbaar is.
Bij eventuele barstvorming en vervormingen van de dekvloer achteraf, worden deze door DITRA-HEAT geneutraliseerd en kunnen ze niet naar de tegelbekleding worden overgedragen.
Calciumsulfaatdekvloer (anhydrietdekvloer) mag bij het plaatsen van tegels volgens de geldende voorschriften max. 0,5 CM-% restvocht bevatten. Door het gebruik van DITRA-HEAT kan al bij een restvochtigheid vanaf minder dan 2 CM-% een tegelbekleding worden aangebracht.
Indien nodig, dient het dekvloeroppervlak te worden voorbehandeld volgens de voorschriften en instructies van de fabrikant (schuren, hechtlaag aanbrengen, enz.). Gebruik voor het verlijmen van DITRA-HEAT hydraulisch afbindende of een andere daarvoor geschikte dunbedmortel. DITRA-HEAT voorkomt dat vocht langs de bovenzijde in de dekvloer kan dringen.
Omdat calciumsulfaatdekvloeren gevoelig zijn voor vocht, moeten ze worden beschermd tegen bijkomende vochtbelasting, onder andere uit de ondergrond.
Schlüter-DITRA-HEAT kan ook op verwarmde dekvloeren worden toegepast volgens de hierboven genoemde instructies (m.b.t. cement, calciumsulfaat). Bij het gebruik van DITRA-HEAT kan de bekledingsconstructie al 7 dagen na voltooiing worden verwarmd. Beginnend bij 25 °C kan de aanvoertemperatuur daarbij dagelijks met max. 5 °C tot de gebruikstemperatuur van max. 40 °C worden verhoogd.
Opmerking:
Met de inbouw van DITRA-HEAT op een verwarmde dekvloer kan een individuele, gedeeltelijke verwarming worden gerealiseerd die onafhankelijk van de centrale verwarming functioneert. Hierdoor kan de centrale verwarming tijdens de overgangsperiode volledig worden uitgeschakeld. Verder kunnen ook piekbelastingen worden opgevangen met DITRA-HEAT. DITRA-HEAT-DUO wordt vanwege de thermische barrière niet aanbevolen voor gebruik op verwarmde dekvloeren.
- Opmerking bij de installatie van DITRA-HEAT aan de wand:
Voor een duidelijke begrenzing van de wandtemperatuurregeling (om te voorkomen dat er per ongeluk in de verwarmingskabel wordt geboord) raden wij aan om de verwarmde zone met behulp van Schlüter-profielen optisch af te bakenen (zie details hierboven).
Vanwege de thermische lengteverandering moeten bij verwarmde wandvlakken ≥ 3 m wand- of aansluitvoegen duurzaam elastisch worden uitgevoerd.
- Kunststofbekledingen en coatings
De oppervlakken moeten voldoende draagkrachtig en zo uitgevoerd of voorbehandeld zijn dat een geschikte lijm erop hecht waarin dan het draagvlies van DITRA-HEAT zich kan verankeren. Controleer eerst of de lijm compatibel is met de ondergrond en met DITRA-HEAT.
- Spaan- en multiplexplaten
Deze materialen zijn bijzonder onderhevig aan vormveranderingen onder invloed van vocht (ook sterk schommelende luchtvochtigheid). Daarom dienen spaan- of multiplexplaten te worden gebruikt die een vochtwerende behandeling hebben ondergaan.
De platen kunnen in principe als ondergrond voor zowel de wand als de vloer in binnentoepassing worden gebruikt. De dikte van de platen moet zo worden gekozen dat ze in combinatie met een geschikte draagconstructie voldoende vormvast zijn.
De bevestiging gebeurt met schroeven die op een korte tussenafstand worden aangebracht. De naden moeten van het tand/ groeftype en verlijmd zijn. Ten opzichte van de aangrenzende constructie-elementen moet een randvoeg van ca. 10 mm worden voorzien. DITRA-HEAT neutraliseert de spanningen die in de tegelbekleding kunnen optreden en voorkomt bovendien dat er vocht indringt.
Mits de plankenvloer voldoende draagkrachtig, vastgeschroefd en van het tand/groeftype is, kunnen keramische bekledingen er in principe rechtstreeks op worden gelegd. Alvorens DITRA-HEAT op de plankenvloer te verlijmen, moet het vochtgehalte ervan in evenwicht zijn. Een bewezen oplossing is in dit geval het aanbrengen van een extra laag spaan- of multiplexplaten. Oneffen vloeren moeten vooraf door geschikte maatregelen worden genivelleerd.
- Metselwerk / gemengde ondergronden
Volledig gevoegd metselwerk van baksteen, kalkzandsteen, cementgebonden steen, cellenbeton en dergelijke is in principe geschikt als ondergrond voor DITRA-HEAT. Oneffenheden moeten vooraf worden geëgaliseerd. Vooral bij renovaties, verbouwingen en aanbouw bestaan ondergronden vaak uit verschillende materialen (gemengd metselwerk), die als gevolg van verschillende vervormingen neigen tot barstvorming aan de grensvlakken. Dankzij DITRA-HEAT worden spanningen en barsten die daarbij ontstaan, niet op de tegelbekleding overgebracht.
Gipsondergronden moeten, na controle volgens de geldende regels, droog zijn – de oppervlakken moeten zo nodig met een grondlaag worden voorbehandeld. DITRAHEAT kan met een hydraulisch afbindende of een andere geschikte dunbedmortel worden verlijmd.